Crowd management | Crowd control

Risicomanagement, Crowdmanagement & Crowd control

Risicomanagement, Crowdmanagement, en Crow control moeten leiden tot plannen die de veiligheid van bezoekers van het evenement moet waarborgen.

1. Event Security Officer

  • Taken Event Security Officer
    1) Het bevorderen van objectieve en subjectieve veiligheid.
    2) Vervullen van oog- en oorfunctie.
    3) Vervullen van de rol van gastheer/-vrouw (service verlenen).
    4) Zorgen voor goede communicatie met je beveiligingsteam.
  • Instructies voor Event Security Officers (briefing)
    = ESO: verantwoordelijkheid moet altijd helder en duidelijk zijn bij de operationele uitvoering tijdens het evenement;
    = worden schriftelijk en/of mondeling doorgegeven tijdens de briefing;
    = regels, afspraken en taken tijdens het evenement.
    _ 1) Wie bepaalt wat?
    _ 2) Wie heeft de leiding?
    _ 3) Hoe verloop de communicatie?
    _ 4) Wat te doen wanneer het dreigt mis te gaan?
    _ 5) Wat te doen als het misgaat?
    _ 6) Wie neemt de leiding als het misgaat?
    _ 7) Wanneer nemen overheids(hulp)diensten de leiding over?

2. Risicomanagement

  • Multidisciplinaire aanpak (betrokken partijen)
    = Verschillende betrokken partijen werken nauw samen, zodat de specifiek belangen van elke afzonderlijke partij naar behoren worden behartigd:
    _ 1) evenementenorganisator;
    _ 2) locatieverstrekker;
    _ 3) bezoekers;
    _ 4) overheid (gemeente, provincie);
    _ 5) hulpdiensten (politie, brandweer, geneeskundige dienst);
    _ 6) particuliere evenementenbeveiligingsbedrijf;
    _ 7) vervoersdiensten.
  • Risico management
    = Het onderzoeken en analyseren van risico’s en beschrijven plannen.
    = Risico’s: gezondheid, commercieel, verzekeringen.
    = Risicomanagementplan:
    _ 1) risico-analyse
    _ 2) crowdmanagementplan
    _ 2) beveiligingsplan;
    _ 3) mobiliteitsplan;
    _ 4) incidentenopvolgingsplan (aan de hand van een scenariomatrix);
    _ 5) ontruiming-/calamiteitenplan;
    _ 6) aanvalsplan (brandweer).
    = Weergave van multidisciplinaire integrale aanpak van publieksveiligheid.
  • Beveiligingsplan
    = Draaiboek met maatregelen om het evenement veilig en in goede orde te laten plaatsvinden.
    = Meestal opgesteld door een gespecialiseerd evenementenbeveiligingsbedrijf.
    = Basis voor de instructies voor Event Security Officers.
  • Crowd management
    = Onderdeel risicomanagement gericht op:
    _ a) Systematisch plannen voor en supervisie van de geordende beweging bij het samenkomen van mensen;
    _ b) Systematisch analyseren van, anticiperen op en terugdringen en/of wegnemen van risico’s wanneer (veel) mensen bij elkaar komen.
    = Alle aspecten die relevant zijn voor het managen van groepen (crowd) mensen.
    = In essentie preventief / strategisch.
    = Focus op te nemen maatregelen voor handhaven publieksveiligheid.
  • Crowd control
    = Gericht op het beheersen van groepsgedrag.
    = Uitvoering maatregelen beschreven in het crowdmanagementplan.
    = In essentie preventief / tactisch.
    = Focus op nemen van maatregelen voor handhaven publieksveiligheid.
    _ 1) het in goede banen leiden van (grote) groepen mensen;
    _ 2) beheersen hoeveelheid mensen in een willekeurige ruimte;
    _ 3) het gericht gebruik van geweld om openbare orde te herstellen (voorbehouden aan politie).

3. Risicoanalyse

  • Wat zijn de kenmerken van het evenement?!
    = Waar vindt het evenement plaats?
    = Wat is de aard van het evenement (evenementprofiel)?
    = Hoeveel bezoekers worden verwacht?
    = Wat is het bezoekersprofiel?
    = Wat is het te verwachten bezoekersgedrag?
    = Wat is de tijdsduur van het evenement?
    = Welke activiteiten vinden plaats?
    = Wat is de indeling van het terrein (infrastructuur)?
  • Welke risico’s kunnen zich voordoen?!
    = Wat zijn de mogelijke gevaren? (benoemen en definiëren)
    = Hoe kan er schade ontstaan?
    = Wie kunnen er getroffen worden door de gevolgen?
    = Hoe wordt er omgegaan met calamiteiten, ontruiming?
    = Zijn de bestaande voorzieningen acceptabel per risico?
  • Welke maatregelen voor waarborgen veiligheid van het evenement?
    = Welke noodzakelijke aanvullende maatregelen zijn nodig.
    = Analyseer de nieuwe situatie.
  • Aanvullend
    = Houdt de verzamelde informatie en gegevens actueel.
    = Directe evaluatie na het evenement.
    = Zorg voor het vastleggen van bevindingen.

4. Crowd control

4.1 Infrastructuur

  • Inrichting/indeling van het bezoekersgebied
    = Aandacht voor in-/uitgangen (crowd control)
    _ verkeerde locatie ingangen of te weinig ingangen kan gevolgen hebben voor de wachtenden in de rij;
    = Zorgen voor de juiste hoogte van het podium. (people satisfaction)
    = Juiste aantal toiletten. (people satisfaction)
    = Plaats catering, toiletten en andere voorzieningen. (people orientation)
    etc.

4.2 Migratie

  • Bezoekersstroombeheersing
    = Beheersen bezoekersstroom over het bezoekersgebied.
    _ voorkomen ongecontroleerde beweging bezoekersstroom (stampede).
    _ bezoekers moeten zich vrij en veilig over en over het bezoekersgebied kunnen bewegen.

4.3 Monitoren

  • Het observeren van bezoekers (spotten):
    = migratie/verplaatsing;
    = juiste verdeling van publieksdichtheid in diverse compartimenten;
    = aantal bezoekers;
    = probleemgedrag;
    = activiteiten van het publiek
    = eventueel via CCTV.
  • Feedback geven van observaties aan de centrale post(en)

4.4 Communicatiemanagement

  • Communicatie tussen medewerkers:
    = heldere hiërarchische instructielijnen zijn noodzakelijk;
    = vanuit centrale communicatiepost;
    = strakke en heldere communicatie procedures voorkomen communicatieproblemen.
  • Communicatie naar bezoekers:
    = het overbrengen van boodschappen en informeren van bezoekers;
    = vormen van communiceren met bezoekers:
    _ media (radio, tv, dag-/weekbladen, internet);
    _ informatie op het toegangsbewijs;
    _ bewegwijzering;
    _ omroepinstallatie;
    _ megafoon;
    _ via ESO;
    _ informatiepunten, service desk(s);
    _ grote videoschermen, tv-schermen;
    _ lichtkrant, informatieschermen;
    _ scorebord.

4.5 Compartimenteren

  • Inrichten deelgebieden voor veiligheidsbeheersing:
    = rekening houden met ontruimingsprocedures;
    = meer services bieden aan bepaalde groepen;
    = afschermen van tribunes;
    = controleren/beheersen van migratie van bezoekers;
    = privacy van artiesten waarborgen;
    = werkruimte creëren voor de organisatie van het evenement.
  • Voorbeelden van afgeschermde gebieden:
    = VIP tribune;
    = hospitality-/ontvangstruimte
    = kleedkamers;
    = backstage/frontstage gebied;
    = calamiteitenroute;
    = verzamelpunt (na evacuatie);
    = gehandicaptentribune;
    = voorzieningen op het bezoekersgebied van welzijn:
    _ camping,
    _ eten en drinken,
    _ boodschappen,
    _ catering,
    _ toiletten en wasgelegenheden,
    _ pinautomaten,
    _ EHBO.

5. Gevaarlijke situatie

5.1 Risicofactoren

  • ESO: Situaties opmerken waarvan hij vindt dat dit gevaar kan opleveren voor hem of anderen (bezoekers, collega’s andere betrokkenen bij het evenement).
    _ 1) onveilige ingangen/uitgangen;
    _ 2) ongeoorloofde ingangen, bijvoorbeeld voetgangerdoorgang die toegankelijk is voor auto’s;
    _ 3) gladde doorgangen;
    _ 4) gevaarlijke situaties: struikelgevaar (snoeren), loszittende zitplaatsen, uitstekende scherpe voorwerpen;
    _ 5) brandgevaarlijke situaties;
    _ 6) weersomstandigheden (regenval, modder, hagel, storm);
    _ 7) gebrekkige bewegwijzering;
    _ 8) rondslingerend puin;
    _ 9) onhygiënische situaties (bijvoorbeeld verstopte smerige toiletten).

5.2 Risico’s veroorzaakt door menselijk gedrag

  • Risico’s:
    = op hol geslagen (mensen)menigte: stampede;
    = te hoge publieksdichtheid;
    = tegenovergestelde publieksstromen (cross flow);
    = de infrastructuur en/of de voorzieningen (vluchtwegen, hekken, afscheidingen) niet bestand tegen de geplande bezoekersaantallen;

    = risicovol collectief gedrag: publiek klimt op daken om beter te zien.
    = ontevreden bezoekers: vernielzuchtig gedrag en/of asociaal gedrag;
    = gedrag dat tegen een tegenstander is gericht – verschillende kampen supporters;
    = cultureel gedrag: stage diven , crowd surfen, pogoën of slam dancing.
  • Potentieel gevaar?!
    _ 1) Wees alert op mogelijke gevaarlijke situaties (pro-actief).
    _ 2) Informeer een leidinggevende.
    _ 3) Pleeg altijd overleg met een collega.
    _ 4) Houd contact met de collega’s.
    _ 5) Neem het gevaar weg.
    _ 6) Verwijder eventueel bezoeker(s). Doe dit niet alleen.
    _ 7) Beperk – indien mogelijk – blootstelling aan het gevaar.
  • Voorkomen ongelukken:
    = ESO: alert opmerkzaam;
    = werken met goede communicatiemiddelen, cameratoezicht;
    = voorwaarden beschreven in de plannen behorende bij het risicomanagement.

Literatuur

  • C. van Duykeren & P. Bouman (2009), “Event Security Officer”