Bezoekersgedrag

Bezoekersgedrag

  • Bezoekersprofiel:
    = onderdeel van de risicoanalyse
    = het opstellen van een analyse van de te verwachten bezoekers.
  • Factoren die direct uitwerking hebben op gedrag van bezoekers:
    = gedrag van bezoekers: alcoholmisbruik, gooien met voorwerpen.
    = beslissing verantwoordelijke: politie, beveiligingsmedewerker(s), scheidsrechter.
    = gedrag van de performer (artiest, sporter).
    = zichtbaarheid artiest: niet of moeilijk zichtbaar.
    = organisatie: slechte parkeergelegenheid, lange wachttijden.
    = special effects: rook, lasers, pyro technics, muziek, geluid, video.
    = sociale spanningen: racisme, rellen, vetes, bendes.
    = calamiteit: instorten bouwwerk, ontploffing gasinstallatie, brand, ongeval.

1. Bezoekersprofiel

  • Doel?
    _ 1) Wil zich laten informeren.
    _ 2) Is fan van.
    _ 3) Wil zich vermaken en rondwandelen.
    _ 4) Kijken naar een sportwedstrijd.

= Mogelijkheid om pro-actief de menigte te managen:
_ treffen juiste maatregelen (plaatsen hekwerk, EHBO enz.)
= Goede evaluaties zijn nuttig voor optimaliseren risicoanalyse.

  • Bekendheid met evenement/locatie?
    De mate van bekendheid van een evenement of locatie heeft invloed op de inzet van beveiliging en beveiligingshulpmiddelen.
  • Type bezoeker?
    _ 1) Wie komen er naar het evenement?
    _ 2) Wat is de doelgroep?
    _ 3) Waar komen de bezoeker vandaan?  (Lokaal, regionaal, landelijk, internationaal)
    _ 4) Kaartverkoop?

= Mogelijkheid om pro-actief de menigte te managen:
_ treffen juiste maatregelen (plaatsen hekwerk, EHBO enz.)

  • Verwachtingen?
    Vooronderstellingen kunnen het gedrag van bezoekers bepalen.
  • Emotionele gesteldheid?
    Door emoties kunnen bezoekers ongewenst gedrag tentoonspreiden.

2. Groepsgedrag

  • In een groep gedragen mensen zich vaak anders dan wanneer zij alleen zijn.
    = redenen hiervoor is onder andere groepsdruk.
  • Inspelen op groepsgedrag:
    = duidelijke regels geven en
    = ESO: Houd je strikt  aan die regels om handhaving van de goede orde te kunnen garanderen.
    _ het aanspreken danwel verwijderen van de leider(s) van de groep kan voldoende zijn om de groep te corrigeren.
  • Cultuuruitingen
    = Mensen kleden zich op een bepaalde manier.
    = Mensen gedragen zich op een bepaalde manier.
  • Discriminatie
    = Strafbare vormen van discriminatie: Racisme, politiek voorkeur, seksuele geaardheid of geloofsovertuiging (Art. 1 Grondwet en art. 137 d Sr, Aanzetten tot o.a. discriminatie)
  • Multicultureel
    = Culturele achtergronden: In een land wonen veel mensen die afkomstig zijn uit landen met andere gewoonten en/of godsdiensten.
  • Vooroordelen
    = Bezoekers kunnen reageren op het uiterlijk/cultuur van een groep of persoon.
    = ESO: Voorkom dat je hetzelfde gedrag vertoont als het publiek.
    _ je hoeft echter niet te accepteren wanneer je zelf slachtoffer dreigt te worden van ontoelaatbaar gedrag.

3. Gastheer/gastvrouw

  • Slechte serviceverlening naar het publiek: kan leiden tot irritatie of erger.
  • Goede serviceverlening: kan bijdragen aan een prettige sfeer voor iedereen.
  • Bij calamiteiten: de functie van gastheer/gastvrouw verandert in calamiteitenbegeleider.

4. Publiek

  • Statisch (rustig): iedereen zit/staat te kijken naar een optreden.
  • Dynamisch (bewegend): publiek beweegt. Moeilijker in de hand te houden.

5. Plaatsen

  • Staanplaatsen: Let goed op bewegingen van het publiek.
    _ denk aan verdrukking.
  • Zitplaatsen
  • VIP plaatsen

6. Observeren groepsgedrag

  • Publiek in de gaten houden:
    = frontstage: observeren van het publiek.
    _ focus:
    _ “voelt het publiek zich comfortabel of benauwd”.
    _ “is er beweging in het publiek” (kans op verdrukking).
    = ESO: een individu apart aanspreken, liefst in bijzijn van leidinggevende.
  • Faciliteiten in de gaten houden:
    = backstage: kleedkamers, VIP-ruimten.
    _ focus: let speciaal op vreemde gedragingen van individuen.
    = toiletten: controleer op onwel geworden personen, drugsdealers.
    = toegangen: preventief handelen
    _ let op versperringen van de weg! Laat ze verwijderen.
    _ houd vluchtroutes vrij voor hulpdiensten.

7. Pro-actief gedrag

  • ESO: Je signaleert dat een situatie uit de hand kan lopen! Meld dit direct aan de leidinggevende en centrale meldpost.
    = Wees alert door het publiek en het gedrag te overzien.
    = Neem contact met de leidinggevende in geval van afwijking.

Literatuur

  • C. van Duykeren & P. Bouman (2009), “Event Security Officer”