Evenementen
8 mei 2012 Plaats een reactie
Evenementen
1. Definitie evenement
Volgens de Circulaire particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus (Ministerie van Justitie):
- een publiek toegankelijke gebeurtenis;
= tijdelijke en incidentele gebeurtenis;
= vindt plaats op een vooraf bekende, afgebakende locatie;
= betrokken gemeente heeft op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) een
= evenementenvergunning verleend of - vindt plaats in een inrichting, waarop een milieuvergunning rust en
= waarbij deze vergunning het toelaat een evenement te organiseren.
- Soorten objecten/evenementen:
= open objecten:
_ objecten die zonder voorwaarden voor iedereen vrij toegankelijk zijn.
_ bezoekers komen zonder moeite op het terrein (braderie, markt).
= half besloten objecten:
_objecten die onder bepaalde voorwaarden voor iedereen toegankelijk zijn.
_ kopen van een toegangsbewijs of correcte kleding (bioscoop, casino, zwembad of discotheek).
= besloten objecten:
_ objecten die niet voor publiek toegankelijk zijn.
_ wel toegankelijk voor eigen personeel, leveranciers of bezoekers die toestemming hebben.
2. Organisatie van een evenement
2.1 Soorten evenementen
- Feest:
= braderie;
= buurtfeest
= kermis. - Vertoning:
= (culturele) voorstelling;
= klassieke muziekconcert. - Manifestatie:
= herdenking;
= politieke bijeenkomst;
= (pop)concert met (on)versterkte muziek;
= sportevenement;
= symposium.
2.2 Locatie
- Plaats: Open lucht, gesloten ruimte, gesloten beperkte ruimte.
- Object: Open toegankelijk, half besloten, besloten.
- Voorbereid: Goed toegeruste locatie – (nog) niet ingericht.
- Bereikbaarheid: Goed – moeilijk bereikbaar.
- Historie: bestaande – nieuwe locatie.
2.3 Logistiek
- Bereikbaarheid met openbaar vervoer.
- Aan- en afvoerwegen.
- Verwachte aantal bezoekers: groot, middelgroot en klein.
2.4 Organisator
- Gemeente.
- Commerciële organisator.
- Non-profit organisator.
2.5 Kaartverkoop
- Zonder: Gratis
- Met:
= kaartverkoop in de voorverkoop => verkochte aantallen bekend;
= kaartverkoop op de dag zelf => aantal bezoekers onduidelijk.
2.6 Duur van het evenement
- Eendaags: overdag, ’s avonds of ’s nachts.
- Meerdaags: kampeermogelijkheden, in de stad.
2.7 Doelgroep
- Leeftijdgebonden: Oud, jong.
- Hobby: Computer, verzamelaar.
- Maatschappelijk: Muziek, milieu, wetenschap, kennis, politiek.
- Sport: voetbal, atletiek
- Cultuur: Muziek, dance, cultureel.
3. Voorbeelden
3.1 Muziekconcerten
- Duur: een daags, meerdaags.
- Artiesten: één of meerdere artiest / groep
- EHBO-problemen: vermoeidheidsverschijnselen, blaren onder voeten, drankgebruik, crowd surfen, stage diven.
- Overnachten: kampeerterrein
- Leeftijdsgebonden: oud, jong
- Cultuur: Fan
3.2 Dance
- Stromingen:
= house, bekend van radio en tv. Kleding: netjes, veel zilver, goud, zwart en wit;
= techno, snelle en harde synthesizer beats. Kleding: casual, wijd zittend, sweaters met capuchon, moderne sneakers of gympen in felle kleuren;
= trance, hoge ruimtelijke trance tonen. Kleding: uitbundig extravagant. Feest met laser-, licht- en videoeffecten;
= lounge, relaxen op grote comfortabele banken met vrienden, eten en drinken. Genre: wereldmuziek, jazz, soul, house;
… club, drum ’n bass, hardstyle, garage of acid etc. - Lifestyle: dansen, genieten, lol maken met vrienden, kleding is belangrijk.
- Duur: ’s nachts.
- EHBO-problemen: klimaatbeheersing, goede watervoorziening, chill out rooms, lounge rooms, garderobevoorzieningen, gebruik van stimulerende middelen (smart drugs, energiedranken).
Specialistisch EHBO-personeel. - Toegangscontrole: Visitatie en preventief privaatrechtelijk oppervlakkig veiligheidsfouilleren.
- Brandveiligheid: genoeg (nood)uitgangen, er hangen geen brandbare materialen, niet te veel mensen in één ruimte, voldoende blusmiddelen.
- Vergunning: Geen = illegale houseparty. Mogelijk inval door politie.
3.3 Sport
- Locatie: binnen en/of buiten
- Voorzieningen: dranghekken, compartimenteren
3.4 Voetbal
- Beveiligers: Steward (eigen ESO) houdt zich aan KNVB reglement.
= toegangscontrole: geldig kaartje.
= weigeren toegang tot stadion: geen kaartje, weigeren visitatie of preventieve privaatrechtelijke oppervlakkige veiligheidsfouilleren. Ook als de persoon zich misdraagt (op grond van KNVB reglement).
= geven van aanwijzingen: publiek is verplicht aanwijzingen te volgen, die te maken hebben met openbare orde en veiligheid.
= innemen van het toegangsbewijs: in overleg met leidinggevende kan het bewijs worden ingenomen zonder retour van geld.
= werken aan sectorscheiding: zorgen dat supports in vak zich gedragen. Overvolle vakken kunnen een direct gevaar opleveren
3.5 Film/musical première
- Taken:
= toegangscontrole, innemen uitnodigingen;
= weren ongewenste personen (fans, pers, fotografen);
= parkeercontrole;
= helpen bij in en uitstappen van limousine;
= signaleren van situaties.
3.6 Cultureel
- Feest georganiseerd door (groepen) personen die oorspronkelijk afkomstig zijn uit andere landen.
- Taken:
= signaleren ter voorkoming van ongeregeldheden;
= toegangscontrole.
3.7 Bedrijf
- Taken:
= Signaleren ter voorkoming van ongeregeldheden;
= uitvoeren parkeerbeleid;
= toegangscontrole.
3.8 Media
- Pers is uitgenodigd voor de nodige publiciteit
- Taak: Signaleren ter voorkoming van ongeregeldheden.
3.9 Conferentie
- Taken:
= toegangscontrole;
= signaleren ter voorkoming van ongeregeldheden.
3.10 Beurs
- Inzet voor, tijdens en na het evenement.
- Taak: Signaleren ter voorkoming van diefstal.
3.11 Dorpsfeest, braderie, kermis
- Taken:
= Signaleren ter voorkoming van ongeregeldheden;
= contact met de politie.
4. Media op evenement
- Extra aandacht voor handhaving privacy.
- Extra aandacht voor toegangscontrole.
- Strenge aandacht voor eigendommen (kostbare apparatuur).
4.1 Fotografen
- Vaak worden speciale passen uitgegeven.
- Meestal begeleid door vertegenwoordiging artiest.
- Begeleiding bij fotograferen bij barrier.
- Fotografen kunnen in de weg lopen in geval van een incident.
4.2 Televisie
- Soorten tv-ploegen:
= nieuws: met en zonder passen;
= tv-zender, productiemaatschappij: opname t.b.v. DVD of tv-uitzending;
= cameramensen: direct weergave aan publiek;
= tv-productiebedrijven: programma’s voor grote mediabedrijven.
5. Specialisaties
Binnen de beveiliging bestaan verschillende specialisaties. Voor een aantal daarvan is een uitstroom in dit kwalificatieprofiel opgenomen. Het betreft: 1) mobiele surveillance, 2) persoonsbeveiliging en 3) winkelsurveillance.
5.1 Mobiele surveillance
- Mobiel surveillanten rijden meestal ’s nachts een bepaalde route langs verschillende bedrijven waar ze openen en sluiten en controles uitvoeren.
- Alarmopvolging is ook een taak van de mobiel surveillant.
- Zijn werk bestaat enerzijds uit een routinematig deel, namelijk het uitvoeren van controles van objecten volgens een vaststaand schema, en anderzijds uit alarmopvolging, wat een onvoorspelbaar karakter heeft.
- De werkzaamheden vinden zowel op privaat terrein als op de (semi)openbare weg plaats, al dan niet georganiseerd binnen een beveiligingscollectief.
- Elk object heeft zijn eigen instructies, sleutels, wachtwoorden etc.
5.2 Persoonsbeveiliger
“De persoonsbeveiliger (bodyguard) is iemand die
_ al in het bezit is van het diploma beveiliger en
_ zich heeft gespecialiseerd in het beveiligen van personen.”
- VIP beveiliging: van preventief tot close protection.
=Persoonsbeveiligers beveiligen een VIP.
= Uitvoeren preventieve observatie uit, verkennen een situatie voordat de VIP daar aankomt en beveiligen de VIP vervolgens op verschillende manieren.
= Afhankelijk van de mate van dreiging is de beveiliging meer of minder intensief.
= Persoonsbeveiligers treden ook op als beveiligingschauffeur, waarbij ze de VIP op een veilige en snelle manier naar zijn bestemming brengen. - Opsporingsambtenaar (overheid):
= Politie (Dienst Koninklijke en Diplomatieke Beveiliging [DKDB].
= Defensie (Koninklijke Marechaussee)
- Gediplomeerde beveiliger: Persoonsbeveiliging SVPB/ECABO of vakdiploma beveiliging.
- Al dan niet geüniformeerd.
5.3 Winkelsurveillance
- De winkelsurveillant werkt in een winkel of winkelgebied en houden daar toezicht op de veiligheid.
- De winkelsurveillant houdt de winkel in de gaten en treedt op bij onregelmatigheden.
- Het feit dat een winkel een open object is, waar iedereen binnen kan komen, maakt de kans groter dat de winkelsurveillant met agressie en geweld te maken krijgt.
- De winkelsurveillant treedt vooral op bij poortalarm, diefstal en overvallen.
- Bij calamiteiten krijgt de beveiliger instructies die hij uitvoert. Hij stelt eventuele
slachtoffers gerust. - Hij waarschuwt indien nodig hulpdiensten, houdt de weg vrij en ontvangt de hulpdiensten.
- Hij communiceert met de verschillende betrokkenen en rapporteert mondeling/schriftelijk volgens instructies zowel tijdens het proces als na afloop.
Literatuur
- C. van Duykeren & P. Bouman (2009), “Event Security Officer”
- http://www.ecabo.nl/particuliere-beveiliging-2007-2008.pdf