Alarmeren en algemene hulpverleningsregels

Alarmeren en algemene hulpverleningsregels

1.  Alarmeren van de BHV

  • BHV in het bedrijf
    Werkgever moet BHV organiseren.
    – BHV-taken moeten adequaat uitgevoerd kunnen worden.
    – Na alarmering BHV binnen enkele minuten ter plaatse
    => Wie neemt de melding aan, wie acteert op de melding.
    – Alarmering volgens afspraken in het bedrijf.
  • BHV-taken:
    _ 1 Uitbreiding van incident mogelijk tegen gaan.
    _ 2 Schade en/of letsel beperken dan wel  voorkomen.
  • Alarmeren van BHV
    Wijzen van alarmeren van BHV:
    1) Direct => Incident wordt direct aan BHV-er gemeld.
    2) Ontruimingssignaal (Slow-Whoop)
    3) Omroepinstallatie via centrale.
    4) Intern alarmnummer of centrale-receptie.
  • Slow Whoop
    – Een zogeheten luid alarm (hoorbaar voor iedereen).
    – Langzaam aanzwellend en dan snel afvallend geluid.
    – Activering door:
    _ 1) indrukken of inslaan handbrandmelder,
    _ 2) automatische melding door brandmeld­installatie (BMI).
  • Handbrandmelder              
    – Handbrandmelders zijn altijd rood.
    – Melders met breekruitje.
  • Brandmeldinstallatie (BMI)            
    Bestaat uit verschillende onderdelen:
    1) Handbrandmelders.
    2) Automatische (rook)melders.
    3) Brandmeldpaneel
    – Doel: Brand vroegtijdig signaleren om tijdig te kunnen ontruimen en blussen.
  • Brandmeldpaneel
    –  Toont locatie brandmelding.
    –  Bij receptie of wachtcentrale.
  • Omroepinstallatie               
    –  Ontruimingsbericht met een gesproken bericht (reden ontruiming) wordt het meest serieus genomen.
  • Specifieke doelgroepen   
    – Lichtsignalen (fabrieken en slechthorenden).
    – Stil alarm (zorginstellingen) => pieper, sms.
  • Interne alarmnummer/centrale-receptie.              
    – Alarmnummer komt direct uit bij
    _ 1 BHV-er.
    _ 2 Centrale-receptie …
    => ontvangt melding en
    => alarmeert de BHV op grond van de bedrijfsprocedure en geeft informatie door.
  • Alarmerings- en Communicatiemiddelen
    – Het is belangrijk dat de BHV goed met de beschikbare middelen overweg kan.

2. Algemene hulpverleningsregels

  • Let op het gevaar.
    – Bekijk of de situatie veilig is.
    – Neem eerst veiligheidsmaatregelen voor
    _ 1) jezelf.
    _ 2) omstanders.
    _ 3) slachtoffers/betrokkene(n).
    – Geef het slachtoffer zo nodig beschutting.
  • Ga na wat er gebeurd is.
    – Maak een inschatting van de situatie.
    – Wie, Wat, Waar, Wanneer, Welke, Waarom!
    – Maak gebruik van de eigen zintuiglijke waarnemingen: 1) zien, 2) horen, 3) ruiken.
  • Roep om hulp/assistentie.
    – Spreek omstanders aan of via beschikbare communicatiemiddelen.
  • Zorg voor deskundige hulp.
    – Alarmeer volgens de alarmprocedure van het bedrijf.
    – Blijf bij voorkeur zelf ter plaatse en laat iemand anders deskundige hulp waarschuwen.
  • Verleen de gewenste BHV-taak
    – Let op de eigen veiligheid.
    1) Niet-spoed Eisende Hulp (NEH) of Spoed Eisende Hulp (SEH).
    2) Bestrijd brand.
    3) Start ontruiming.
  • Probeer het effect van de inzet in te schatten
    “Doe nooit dingen die de eigen veiligheid en die van anderen in gevaar brengen of het letsel verergeren.”
    – Kijken, denken, doen.
  • Melding alarmsituatie
    – WIE => Naam melder en telefoonnummer.
    – WAAR => Plaats van incident, waar moet de hulp naar toe komen?
    – WAT => Wat is er gebeurd? Aantal betrokkenen/slachtoffers?
    – SITUATIE => Toestand slachtoffer(s) … Reanimatie!?.
    – ACTIE => Wat gedaan? Wat te doen?
  • Eerste Hulp bij ongelukken
    0) Zorg voor eigen veiligheid
    1) Stel het slachtoffer en betrokkenen gerust.
    2) Spreek een omstander aan om standby te staan om te alarmeren/helpen.
    3) Laat eventueel de aangesproken omstander alarmeren.
    4) Verleen Spoed Eisende Hulp op “ongevalsplek”. (reanimatie, AED?!)
    5) Verleen Niet-spoed Eisende Hulp (verbinden wonden, blussen brandwonden etc.)
    5) Naar eerste Hulp (laten) begeleiden => arts of SEH (ziekenhuis).
    6) Geef relevante informatie over het incident en het slachtoffer door aan de externe hulpverleners.
    7) Handel het incident af volgens de bedrijfsprocedure.
  • Stel het slachtoffer gerust.
    1) Vertel dat je BHV-er bent en dat je weet hoe Eerste Hulp te verlenen.
    2) Vertel steeds wat je doet en waarom.
    3) Neem het verhaal van het slachtoffer serieus
    4) Ga in op (eventuele) zorgen over (andere) slachtoffer(s) en/of materiële schade.
    5) Wees rustig en zorgzaam. Houdt zo nodig de hand van het slachtoffer vast.
    6) Blijf altijd vriendelijk. Ook als het slachtoffer het zelf niet is.
    7) Doe geen uitspraken over letsel en vooruitzichten.
  • Omgaan met omstanders.               
    1) Geef duidelijk aan dat je BHV-er bent.
    2) Neem de leiding neem.
    3) Verzoek iedereen de aanwijzingen te volgen.
    4) Houd kijkers op afstand om hulpverlening niet in de weg te lopen. Niet te storen.
    5) Wees bedacht op de emoties van de omstanders.
    6) Blijf rustig en geconcentreerd.

Lees:

  • Basisopleiding Bedrijfshulpverlener, NIBHV 2011

Plaats een reactie